Dit dier met een doorzichtige mantel wordt vaak in grote aantallen aangetroffen op rotsen, pieren, zeewier en palen.
Het doorschijnende, geelgroen gekleurde zeedier heeft een zacht, cilindervormig lichaam en kan worden aangetroffen van ondiep water tot op een diepte van 500 meter.
De tot de donderpadden behorende roofvis is ‘s nachts actief en heeft twee stekels op het voorste kieuwdeksel, die niet giftig zijn maar wel pijnlijke, slecht genezende wonden kunnen veroorzaken.
Zeedonderpadden worden aangetroffen in de Atlantische Oceaan, ten noorden van de Golf van Biskaje, in het Kanaal en in de Noordzee en de Oostzee, van ondiep water tot 60 meter diepte. Zij leven bij voorkeur op zandige bodems en veranderen van kleur naar gelang van hun staat van opwinding en het seizoen.
Genau hinsehen lohnt sich!
Von Meistern der Tarnkunst bis zu ausgefallenen Flachwasserbewohnern – auch in den angrenzenden Gewässern rund um den Borkumer Jachthafen gibt es zahlreiche Lebewesen zu entdecken, die man sonst nicht alle Tage sieht. Ein Blick ins Wasser lohnt sich!
Deze rode alg uit de familie der Cyanidiaceae telt ongeveer 4.000 verschillende soorten.
Er zijn fossielen gevonden die erop wijzen dat de rode alg meer dan 1000 miljoen jaar geleden bestond. Hij komt vooral in kustgebieden voor en vormt macroalgen met een lengte tot 60 cm. Hij dankt zijn naam aan zijn roodachtige kleur, die wordt gevormd door fotosynthese, vooral in diepere gebieden.
Het lichaam van deze zeeanemoon kan zich samentrekken tot een heuveltje met een omgekeerde mondschijf.
In volledig uitgestrekte toestand is de weduweroos zuilvormig en bereikt een hoogte van enkele centimeters. Het lichaam is meestal gestreept en heeft ongeveer 100 slanke, doorzichtige tentakels, die soms gebruikt worden om zich tegen vijanden te beschermen. De kleverige anemonen worden gewoonlijk aangetroffen in ondiep water tot 50 meter en voeden zich met plankton, krabben en kleine visjes.
Wulken zijn roofdieren en aaseters. Zij leven in kustwateren, maar komen ook voor op grote dieptes in de oceaan.
De dieren danken hun naam aan hun slakkenhuizen met golfachtige groeilijnen. Wulken leggen eieren die worden afgezet in eiermassa’s die bestaan uit hoornachtige eikapsels, die elk tot 1000 eieren bevatten. Gewoonlijk worden er echter slechts een tiental bevrucht, zodat de resterende eieren als voedsel dienen voor de jongen die uit het ei komen. De lege schelpen van de wulk zijn een geliefde woonplaats voor heremietkreeften.